Turist

 

Lange tijd sluimert de grootste spanning in Turist alleen in korte intermezzo’s. Een oplichtende drone vliegt door de nacht, sproeiers gaan aan, sneeuwruimers doen hun werk. Kleine stillevens met een verraderlijke stilte, tot telkens weer dat bombastische muziekstuk inzet. Dan is er weer die dreiging, die aankondiging van het onverwachte. De Zweedse regisseur Ruben Östlund kleurt het winterlandschap van dit skigebied statig in (en tegen) met Vivaldi’s De Vier Jaargetijden. Maar dan niet met zijn compositie voor De Winter. Nee, De Zomer. Een passende dissonant in een film die zekerheid op de schop neemt. Een skitrip is geen garantie voor gezelligheid. Je man is niet wie je denkt dat hij is, of je verwachtingen zijn niet zoals ze zouden moeten zijn. En je gezin staat dan wel goed op de foto maar vergeet niet hoe moeizaam de enscenering was.

Deze overdenkingen spelen op bij Ebba (een mooie randje zenuwinzinking – en er net overheen – Lisa Loven Kongsli), een jonge moeder op vakantie met haar man Tomas (Johannes Bah Kuhnke) en hun twee kinderen. Er eindelijk weer eens tussenuit met zijn vieren. Weekje quality time. Banden aanhalen en je weer even helemaal familie voelen binnen die paar dagen die er voor staan. Op zich al een benauwende gedachte, maar ze zijn van het pragmatische type dat gewoon geniet. Totdat het voorbeeldige gezin een bijna-lawine meemaakt waarbij vaderlief Tomas, nog snel zijn mobieltje grijpend, op de vlucht slaat. Zonder ook maar om te kijken naar zijn vrouw en kinderen en na afloop teruglopend alsof er niks gebeurd is. De geboorte van een vertrouwensbreuk. Al heeft Tomas – man die hij is – dat aanvankelijk nog niet eens door.

De lawine bij het terras valt mee, maar de ware, emotionele, lawine die volgt is enorm. Daarvoor staat Östlund onderhand garant. Zijn films zijn als sociologische observaties, met een flinke verwantschap met de Oostenrijkse school van Michael Haneke en Ulrich Seidl. Pijnlijke studies van menselijk gedrag. Heilige huisjes en maatschappelijke gevoeligheden gaat hij daarbij niet uit de weg. In zijn vorige film Play waren het juist niet heel Zweeds uitziende pubers die een reeks pesterijen in gang zette. Menig adviescommissie zou dat ten strengste afraden, maar het zorgt ervoor dat het debat in één keer weer op scherp staat en zich net zo goed tot de bioscoopbezoeker richt. Die moet zich opeens ongemakkelijk verhouden tot “zijn dit buitenstaanders of niet” en “zijn mijn gedachten wel zo sociaal wenselijk?”

 

Schrikbeeld en ode

De confrontatie met het publiek is er ook deze keer weer. In Turist zo mogelijk nog preciezer, split second precies. Östlund zegt de mozaïekvertelling voor het eerst volledig gedag. Er is nu zelfs geen ontsnapping in zijwegen. Hij richt zich minutieus op één specifieke relatie en neemt de traditionele man-vrouw-verhouding en de rol van de man onder de loep. Met name deze laatste verkeert in een identiteitscrisis. In een treffende, haast op zichzelf staande scène die net zo goed een droombeeld zou kunnen zijn, toont Östlund de status quo: een door de nacht rennende horde mannen die met ontbloot bovenlijf en skibril op beginnen te schreeuwen en après-ski stijl losgaan in een club. Tegelijkertijd schrikbeeld en ode. We zijn in één keer terug in de oertijd. Is dit alles wat er nog over is? De man die alleen nog maar man kan zijn door terug te vallen op platitudes. Gegrom en uiterlijk vertoon.

Dat deze tragedie voor de man zich afspeelt in een skigebied – vast een thuiswedstrijd voor Östlund die ooit tot de filmacademie werd toegelaten met een reeks skifilms - maakt het alleen nog maar nauwgezetter (en daardoor schrijnender). Het verblindende wit van de sneeuwopnamen dwingt je blik. De perfecte limbo om dat plots zo nietige gezin te observeren. De enige ontsnapping is de wrange lach die alles oproept: te midden van alle vragen over zelfbewustzijn en primaire reacties klinkt daar plots je eigen oerinstinct. Zonder dat je nog weet of je nou de herkenbaarheid weglacht, de situatie tragikomisch vindt, of allebei. Östlund blijft je in alle gevallen meesterlijk de baas. Ga erheen voor drama en hij doet je lachen uit plaatsvervangende schaamte. Ga erheen om te lachen en je voelt je aardig beetgenomen.

 

Deze recensie is eerder verschenen op de site van Eline Wonders.